Terugblik op 2023

Dekkingsgraad

Pensioenfondsen moeten sinds 205 hun beleidsbeslissingen baseren op de zogenaamde beleidsdekkingsgraad. De beleidsdekkingsgraad wordt berekent als een voortschrijdend 12-maands gemiddelde van de actuele dekkingsgraad.

De beleidsdekkingsgraad is leidend voor besluiten omtrent toeslagen, kortingen, een herstelplan en een tekortsituatie. Bij het vaststellen van de beleidsdekkingsdekkingsgraad wordt ook gebruik gemaakt van de marktrente.

In 2023 is de dekkingsgraad op marktwaarde gedaald van 158,0% naar 150,9%. De beleidsdekkingsgraad (gebaseerd op UFR) steeg nog wel, naar 152,5%. Begin 2023 daalde de dekkingsgraad door de toegekende indexatie. In de laatste maanden van het jaar daalde de dekkingsgraad door de rentedaling, waardoor de pensioenverplichtingen in waarde zijn toegenomen.

Performance

De hieronder gepresenteerde performancecijfers zijn de netto performancecijfers van de CDC-portefeuille, dat wil zeggen de performance cijfers zijn verminderd met beheervergoedingen en overige kosten (denk aan bewaarloon, accountantskosten en administratie).

Met uitzondering van het Customized Liability Driven Fund (Maatwerk LDI-fonds) behaalden alle beleggingen positieve rendementen. De CDC-portefeuille van het pensioenfonds behaalde een rendement van bijna 10%. Daarmee bleef de portefeuille bijna 1,6% achter bij het rendement van de gecombineerde benchmark.

Geslaagd voor de jaarlijkse haalbaarheidstoets

Naar aanleiding van de jaarlijkse haalbaarheidstoets die het pensioenfonds heeft uitgevoerd, heeft het bestuur geconcludeerd dat de 60-jaars prognose binnen de vooraf vastgestelde grenzen blijft, op basis van het huidige beleid.

Het verwachte pensioenresultaat zoals gemeten in de jaarlijkse haalbaarheidstoets in 2023 is 97,9% en ligt 4,6%-punt lager dan in 2022. Het pensioenfonds zit ook boven de gestelde ondergrens van 90%. De maximale afwijking in het slecht weer scenario is gelijk aan 16,3% en blijft daarmee ook binnen de vastgestelde grens van 45%.

Het pensioenfonds voldoet hiermee aan de normering van de pensioenresultaten die is vastgesteld op basis van de aanvangshaalbaarheidstoets. Als gevolg van de invoering van Wtp zal het pensioenfonds in 2024 geen haalbaarheidstoets meer uitvoeren.

Pensioenuitkering

Appel geselecteerd voor deelnemersadministratie aanvullende regeling

Omdat ABN Amro Pensioen Services (AAPS) heeft aangekondigd te zullen stoppen met de beleggings- en deelnemersadministratie van de premieregelingen, is in 2023 gezocht naar een geschikte opvolger. Die is gevonden in Appel Pensioenuitvoering BV (Appel).

Appel zal medio 2024 de deelnemersadministratie van de bruto aanvullende regeling gaan uitvoeren. Het vermogensbeheer gaat in 2024 over naar Robeco. Voor de prepensioenregeling kon geen nieuwe uitvoerder worden gevonden.

Het bestuur en de werkgever hebben in 2023 de intentie uitgesproken om de prepensioenregeling middels een interne collectieve waardeoverdracht over te zetten naar de bruto UOP-regeling. Deze moet in 2024 geeffectueerd worden. Verder heeft de werkgever in overleg met de OR besloten om per 1 april 2024 de netto regeling te stoppen.

De verzekering van het netto partnerpensioen wordt per die datum overgenomen door a.s.r. Aan het pensioenfonds is gevraagd de opgebouwde netto pensioenkapitalen middels een collectieve waardeoverdracht (CWO) over te brengen naar a.s.r. Het pensioenfonds wil deze CWO in 2024 effectueren.

Toeslagen

Het pensioenfonds heeft de ambitie de opgebouwde aanspraken te verhogen met de prijsindex. Het bestuur verwacht dat, over een langere periode gemeten, gemiddeld 90% van deze ambitie kan worden gerealiseerd. Of de verhoging wordt verleend, is afhankelijk van de financiële situatie van het pensioenfonds per jaareinde.

Het bestuur heeft in de vergadering van januari 2023 besloten dat in 2023 een toeslag wordt toegekend aan alle (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden van 10,00%. Dit is zowel voor actieven als voor niet-actieven een 100% indexering.

Portefeuille ontwikkelingen

Per 1 maart is de strategische allocatie naar aandelen met 5% verlaagd ten gunste van hoogrentende waarden (High Yield en Emerging Markets Debt). Tegelijkertijd is de allocatie naar de returnportefeuille met 4% verhoogd.

Vervolgens is per 1 oktober de allocatie naar hedgefondsen volledig afgebouwd. Het gewicht van de allocatie is vervolgens verdeeld over de overige categorieën in de returnportefeuille. Op advies van de fiduciair beheerder wordt sinds oktober belegd in het Robeco Sustainable Global Stars aandelenfonds. Deze allocatie is ten koste gegaan van de belegging in het Robeco Developed Conservative aandelenfonds en het Robeco Developed Enhanced Index aandelenfonds.

In 2023 zijn de investment cases voor High Yield en Hedgefondsen besproken en opnieuw vastgesteld. Dit heeft geresulteerd in de afbouw van de hedgefondsallocatie. De bestaande invulling van de High Yield allocatie is herbevestigd.

Met het oog op de voorgenomen overgang naar het Nieuwe Pensioencontract per 1 januari 2026 is besloten de renteafdekking van de verplichtingen tijdelijk te verhogen van 50% naar 100%. De eerste stap betrof een verhoging naar 75%, die eind 2023 is geëffectueerd. Begin 2024 is de tweede stap afgerond, waarmee de renteafdekking op 100% uitkwam. En in 2024 wordt het aandelenrisico tijdelijk afgebouwd.

1,738% vastgesteld als opbouwpercentage voor 2024

Voor 2023 was de CDC-premie inclusief het resultaat van de eind 2022 uitgevoerde premiehedge net niet voldoende om het fiscaal maximale opbouwpercentage te handhaven. Het bestuur had daarom het opbouwpercentage vastgesteld op 1,621%. Het premiedepot werd hiermee nagenoeg nihil.

In 2023 is opnieuw, op verzoek van de sociale partners, een premiehedge uitgevoerd. Dit leverde eind 2023 een positief resultaat op van € 1,918 miljoen. Hiermee kon voor 2024 het fiscaal maximale opbouwpercentage van 1,738% vastgesteld worden door het bestuur.

Inkomsten

Staat van baten en lasten

x 1.000

Margret Smits ambassadeur van het diversiteitsbeleid

Bestuurslid Margret Smits is als ambassadeur van het diversiteitsbeleid aangesteld. Zij monitort in hoeverre diversiteit wordt meegenomen bij nieuwe vacatures.

Een divers samengesteld bestuur zorgt namelijk voor een bredere blik, voorkomt tunnelvisie en maakt dat het bestuur op verschillende manieren naar hetzelfde vraagstuk kan kijken. We streven ernaar om zoveel mogelijk een afspiegeling te vormen van de belanghebbenden van het pensioenfonds.

In 2023 is één bestuurslid jonger dan 40 toegetreden tot het bestuur. De RvT en het VO hebben geen leden die jonger zijn dan 40. In het bestuur zitten twee vrouwen. In het VO zit een vrouw, dat geldt ook voor de RvT.

Code pensioenfondsen

Op 1 januari 2014 is de Code Pensioenfondsen in werking getreden als document van zelfregulering. De Code gaat over het besturen van een pensioenfonds, het intern toezicht daarop en over het afleggen van verantwoording over wat het pensioenfonds doet, wat een pensioenfonds gepland en gerealiseerd heeft. Per 1 juli 2014 is de Code ook wettelijk verankerd in de Pensioenwet. In 2018 is de Code aangepast. De Code is gebaseerd op het ‘pas toe, of leg uit’-beginsel. Het volledig volgen van alle normen uit de Code is dus niet verplicht. Wel wordt ieder pensioenfonds geacht aan te geven waarom ze bepaalde afwijkende keuzes hebben gemaakt. Hieronder worden de afwijkingen bij het pensioenfonds toegelicht.

Norm 34
De zittingsduur van een lid van het bestuur, het VO, het belanghebbenden orgaan (BO) en de RvT is maximaal vier jaar. Een bestuurslid en een lid van het BO kunnen maximaal twee keer worden herbenoemd, een lid van de raad van toezicht maximaal één keer. Leden van een visitatiecommissie zijn maximaal acht jaar betrokken bij hetzelfde fonds.

• Toelichting: Herbenoeming van een lid van het VO is een verantwoordelijkheid van de benoemende partijen of vloeit voort uit (her)verkiezing. Een eventueel maximaal aantal herbenoemingen wordt door het VO reglementair vastgelegd.
• Pensioenfonds Robeco: In de statuten (artikel 5c) staat opgenomen dat de benoeming van een RvT-lid voor 2 jaar geldt en er maximaal 3 keer een herbenoeming kan plaatsvinden. Hoewel niet letterlijk conform de Code is de totale maximale termijn gelijk.

Norm 33
In zowel het bestuur als in het VO of het BO is er tenminste één vrouw en één man. Er zitten zowel mensen van boven als van onder de 40 jaar in. Het bestuur stelt een stappenplan op om diversiteit in het bestuur te bevorderen.

• Toelichting: Het bestuur heeft een stappenplan opgesteld om diversiteit in het bestuur te bevorderen. Er zijn concrete acties benoemd zoals periodiek overleg met voordragende organisaties om de invulling van vacatures op basis van het gewenste profiel onderling af te stemmen en persoonlijke benadering van mogelijke kandidaten in het geval dat er verkiezingen aan de orde zijn. Bestuurslid Margret Smits heeft op verzoek van het bestuur de taak van ‘ambassadeur diversiteit’ op zich genomen.
• Pensioenfonds Robeco: Bestuurslid Rutger de Wit is jonger dan 40 jaar. DNB heeft begin 2023 ingestemd met zijn benoeming, waarmee het pensioenfonds in 2023 formeel geen bestuurslid had jonger dan 40 jaar.